In mijn sociale omgeving - voor zover je daar nog van kunt spreken in corona2020 - bevinden zich enkele enthousiaste mountainbikers, dus ik ga hier mijn woorden, na een stevige openingszin, op een goudschaaltje wegen.
Mountainbikers horen niet in het bos.
Zo, die is eruit. Aanleiding om dit nog eens onder de aandacht te brengen is het verontrustende nieuws in dagblad Trouw deze week over de tientallen zandhagedissen en andere reptielen die hier en daar door mountainbikers (hebben wij 'mountains' hier?) worden platgereden. Dat moet natuurlijk per direct stoppen!
Recent liepen wij op onze zoveelste corona-wandeling door natuurgebied Zoomland, vlak bij ons huis. Het was later dan gebruikelijk, tegen de Hollandse etenstijd eigenlijk al. Ik zocht weer eens een nieuwe wandelroute met de geweldige app Locus Map. Ineens zag ik het diertje staan. Een ree. Wat zijn ze toch schitterend, ze ogen zo kwetsbaar en sierlijk tegelijk.
Op dat moment dacht ik: als er nu een mountainbiker langskomt dan grijp ik in. Al zou dat al te laat zijn: de ree vlucht natuurlijk bij zoiets direct weg. Maar: geen fietser te bekennen. Wij stonden doodstil en konden geruime tijd genieten van een blaadjes snoepend diertje. Daarna ging het, uit ons zicht, achter een dikke boomstam liggen. Zonder enige vrees voor ons.
Het bos is er voor rust, stilte, vogelgeluiden hooguit. Voor wie wil crossen op een fiets moeten aangepaste en afgezonderde plekken worden aangelegd of gereserveerd. Hier vlakbij is trouwens ook zo'n parcours. Met mij valt eventueel te praten over perioden waarin het bosfietsen wel of niet kan. Bijvoorbeeld in de maanden van november tot en met februari wel, maar de rest van het jaar niet.
Het bos is voor wandelaars. Zoals het fietspad voor fietsers is. We zouden het toch ook niet normaal vinden als lichte motorfietsen - tot 250 cc bijvoorbeeld - ineens op fietspaden gaan rijden?
Mountainbikers horen niet in het bos.
Zo, die is eruit. Aanleiding om dit nog eens onder de aandacht te brengen is het verontrustende nieuws in dagblad Trouw deze week over de tientallen zandhagedissen en andere reptielen die hier en daar door mountainbikers (hebben wij 'mountains' hier?) worden platgereden. Dat moet natuurlijk per direct stoppen!
Recent liepen wij op onze zoveelste corona-wandeling door natuurgebied Zoomland, vlak bij ons huis. Het was later dan gebruikelijk, tegen de Hollandse etenstijd eigenlijk al. Ik zocht weer eens een nieuwe wandelroute met de geweldige app Locus Map. Ineens zag ik het diertje staan. Een ree. Wat zijn ze toch schitterend, ze ogen zo kwetsbaar en sierlijk tegelijk.
Op dat moment dacht ik: als er nu een mountainbiker langskomt dan grijp ik in. Al zou dat al te laat zijn: de ree vlucht natuurlijk bij zoiets direct weg. Maar: geen fietser te bekennen. Wij stonden doodstil en konden geruime tijd genieten van een blaadjes snoepend diertje. Daarna ging het, uit ons zicht, achter een dikke boomstam liggen. Zonder enige vrees voor ons.
Het bos is er voor rust, stilte, vogelgeluiden hooguit. Voor wie wil crossen op een fiets moeten aangepaste en afgezonderde plekken worden aangelegd of gereserveerd. Hier vlakbij is trouwens ook zo'n parcours. Met mij valt eventueel te praten over perioden waarin het bosfietsen wel of niet kan. Bijvoorbeeld in de maanden van november tot en met februari wel, maar de rest van het jaar niet.
Het bos is voor wandelaars. Zoals het fietspad voor fietsers is. We zouden het toch ook niet normaal vinden als lichte motorfietsen - tot 250 cc bijvoorbeeld - ineens op fietspaden gaan rijden?
Reacties
Een reactie posten